Marathonstraat

Er staan drie politieke keuzes open voor progressieve jongeren: Groen, Vooruit of PVDA. Ik wou dat de keuze voor Groen veel vanzelfsprekender was dan ze is. Ik zet me alleszins elke dag in om die keuze vanzelfsprekender te maken, en doe dat niet alleen. We hebben veel gedreven mensen, maar hebben er echt nog veel meer nodig.

Ik ben opgegroeid met een socialistische moeder. Wat ik meekreeg en koester was een groot besef van sociale normen, een sterke werkethiek, de wens om me in te zetten voor iets groter dan mezelf, en een trots op de moeilijke omstandigheden van waaruit ons gezin de worsteling met het leven aangaat. 

Wat ik meekreeg en wil verwerpen is de druk die uitgaat van die sociale normen en werkethiek, die zo vaak ten koste gaat van mentaal welzijn en de belangen van de samenleving. Het perverse aan de trots op je moeilijke oorsprong is dat die je ketent aan denkpatronen en relatievormen die tegen je eigen belang en die van je omgeving ingaan.

Volwassen worden is geïnternaliseerde zelfonderdrukkingsvormen ontleren. Voor progressieven komt daar het ontleren van patronen bij waarmee je anderen onderdrukt. Dat maakt van volwassen worden een pijnlijk proces. Voor mij persoonlijk maakte het van Vooruit met de tijd geen reële optie. Ik zie weinig pogingen bij die partij om onderdrukkingsvormen te ontleren en te bestrijden, terwijl hun recente inzet op identiteits- en oorsprongstrots die zelfs versterken. Over de klimaatproblematiek blijft een degelijke ecosocialistische visie uit. Dat is nochtans de belangrijkste doelstelling voor deze en komende progressieve generaties. Vooruit heeft wel diepgaande banden met de vakbond, en Groen is daar amper aanwezig. Dat volstaat om begrip te blijven hebben voor alle progressieve jongeren die kiezen voor Vooruit.

De reden dat ik niet zal stemmen op de PVDA is complexer. Als politieke beweging is het de interessantste partij. Ze trekken de meest gefrustreerde, sterkst gepolitiseerde jongeren aan. Er gebeuren daar gewoon boeiende dingen. Het zijn dingen die onze democratie ondermijnen en die mensen te vaak als middel en niet als doel behandelen, akkoord, maar ze maken de mogelijkheid van een alternatief tastbaarder. Op die manier is PVDA de duidelijke uitdager van Vooruit en Groen, en spoort hen aan om hun politieke praktijk te herdenken. Dat is nodig want de tijden van depolitisering zijn nu echt wel voorbij.

Ik zal echter nooit op die partij stemmen voor fundamentele redenen. Goeie filosofie is een constant bombardement op het domein van de zekerheid. De mens heeft telkens opnieuw filosofen met hamers nodig omdat elke generatie zich veilig wil wanen achter standvastige ideologische muren. Een samenleving moet weerbaar zijn tegen de dorst naar zekerheid, want het lessen van die dorst brengt moord en brand met zich mee. De verlichtingsconsensus (versterkt na WWII) van een parlementaire democratie met een kern van mensenrechten, beschermd binnen een rechtstaat met scheidingslijnen tussen de verschillende machten, is voorlopig de beste poging die we hebben genomen om politiek liberalisme te institutionaliseren.

Het politiek liberalisme als fundament van een samenleving heeft kennistheoretische grondslagen. Het is in functie van de ontwikkeling van ons begrip van de wereld dat we pluralisme in onze instellingen moeten garanderen, zowel op universitair als op politiek vlak. Respect voor de autonomie van het individu - die zich moet vertalen in een samenleving die zelfontplooiing centraal stelt (en dat is wel degelijk een politiek proces) - kan alleen bestaan in een pluralistische samenleving. De garantie van pluralisme en de autonomie van het individu, moet volgen uit de grenzen van waar we zeker van kunnen zijn. Er is geen basis die sterk genoeg is dat het jou legitimeert om jouw overtuigingen met vormen van geweld aan iemand op te dringen. Overtuigen doe je in een verhouding van gelijkwaardigheid, en dit op basis van een spel van argumenteren, uitnodigen en verleiden, en niet op basis van een vorm van dominantie.

Dit is wel mijn ervaring met de PVDA en de jongerenpartij; de relaties die ze aangaan in de wereld zijn vaak relaties van dominantie. Bij politieke gebeurtenissen springen nieuwe middenveldorganisaties uit de grond, waar PVDA-leden met gesloten profielen individuele burgers gecoördineerd meenemen door het konijnenhol van de partijlijn. Tijdens discussierondes in overkoepelende middenveldstructuren spannen partijsoldaten met gesloten profielen samen om de agenda van de partij af te dwingen. Het debat in die structuren wordt louter performatief, want de partijtrouw van een vooraf gegarandeerde meerderheid wint het van de aangebrachte argumenten. Met de kracht van zekerheid wordt pluralisme, verleiding en uitnodigen verworpen als kleinburgerlijk en contrarevolutionair. Als een partijstandpunt inhoudelijk op weinig slaat (wat vaak voorkomt) wordt dat als onbelangrijk weggezet omdat men via een standaard utilitaristische ad hoc redenering inhoudelijke kritiek irrelevant maakt. De redenering: mensen moeten vandaag geagiteerd worden om klaar te zijn voor het échte alternatief. En hoewel elke politieke partij hypocriet omgaat met waarheden en het parlementaire proces, toont het misprijzen ervan door deze partij dat ze hun zekerheden en de daaruit voortkomende totalitaire aard en ambities nooit hebben afgeworpen. Dit zeg ik met alle liefde die ik voel voor de mensen die niet alleen dorsten, maar ook elke dag streven naar die betere wereld.

Niet op de Vooruit en PVDA stemmen geeft nog geen redenen om wel op Groen te stemmen. De partij maakt de keuze zelf niet altijd makkelijker. Groen is zo braaf geworden dat je amper kan geloven dat ze de systemische oorzaken van de klimaat- en biodiversiteitscrisis kunnen overwinnen mochten ze 100% van de stemmen krijgen. De systeemkritieken die zo centraal stonden in de beginjaren zijn uitgehold door een jarenlange motregen van positieve vibes. Dat kan dan wel gemotiveerd zijn door het wetenschappelijk onderbouwd onderzoek van motivatiepsychologen, maar de behoudsgezindheid van een dergelijke strategie staat in schril contrast met de systeemverandering die we nodig hebben. Ook wanneer je succesvol aantoont dat een sociale media-storm van plastieken prullaria een keiharde transitienoodzaak is, moet je investeren in de alternatieve politieke praktijk die pragmatici de moed geeft om een deel van hun ziel en leven op te offeren aan het heilige moeten. Waar is de politieke vorming, de linken met en ondersteuning van alternatieve politieke systemen en praktijken, en de acties die een algemeen gevoel van doffe ondergang doorbreken en de vlammen van onze ontevredenheid aanwakkeren? Het is stil aan Groene kant.

De keuze voor Groen is bijna elke dag moeilijk. De basisdemocratie zorgt ervoor dat we ziekelijk veel met onszelf bezig zijn (en we zijn echt niet zo interessant), en de partij is nooit groot genoeg geworden om haar leden van de noodzaak van gestructureerd overleg en trouw aan genomen beslissingen te overtuigen. We zetten te weinig in op een structurele aanwezigheid in middenveld, vakbond en samenleving, spreken voor een beperkte groep, en zijn als partij daardoor het toonbeeld van de diplomademocratie. Dat je in de eerste maand van je lidmaatschap betekenisvolle relaties kan aanknopen met onze covoorzitters lijkt voor sommigen een sterkte, maar is eigenlijk een eigenschap van een veel te kleine, kwetsbare partij.

Toch is mijn keuze voor Groen ook echt een positieve keuze. Groen staat voor zorgzaamheid, begrip, wederzijds respect - voor de zachte waarden die een nieuwe wereld kunnen inluiden. Los van welk kopstuk door uitzonderlijke talenten hier of daar in staat is om een lokale afdeling of (partij)politiek proces naar diens hand te zetten, staat Groen voor inclusie, respect voor de autonomie van elk individu, en democratie. We hebben veruit het beste klimaatbeleid, zijn kennisgedreven, nemen onze verantwoordelijkheid, durven progressiviteit in te vullen als een compromis, en gaan voor betekenisvolle verandering op lange termijn. Zeker in Gent betekent dat op veel vlakken echt bakens verzetten (klimaatbeleid, woonbeleid, mobiliteit). We krijgen daarvoor erkenning van burgers en experten, maar evenzeer een constante stroom van kritiek. Dagelijkse twijfel is in die zin inherent verbonden aan Groen en aan klimaatbeleid, want het is moeilijk om tegelijkertijd ruimte te maximaliseren voor interne kritiek, bekritiseerd en actief gehaat worden, en te geloven dat je het goede doet (op lange termijn). Betekenisvol klimaatbeleid zal waarschijnlijk altijd onpopulair en moeilijk zijn, en net daarom vooronderstelt klimaatbeleid een pluralistische samenleving. In een democratie kan een gehate partij nog steeds meebesturen en een verschil maken, terwijl in een totalitaire samenleving de moeilijkste beslissingen het eerst sneuvelen.

Politiek engagement heeft me als persoon enorm doen groeien. Waar ik vroeger vastzat in bodemloze zelfreflectie, doet de politieke bril je inzien dat je geconstitueerd wordt als onderwerp van macht en brede maatschappelijke evoluties die anders hadden kunnen zijn. Mijn politiek engagement is in die zin bevrijdend geweest, en ik hoop dat politiek op een dag opnieuw emancipatorisch zal zijn.


Reacties

Populaire posts van deze blog

BCSD II

Vrijdagsmarkt

Retreat, hell! We just got here.